Vladimir Bakun (1965) werd geboren in Zuid-Siberië. Zijn eerste beelden werden bepaald door de uitgestrekte Siberische wouden vol dennen, ceders, lariksen en berken. In de houthakkerskampen speelde hij tussen de hoge stapels gekapte bomen en deed er zijn liefde voor hout op.
In de werkplaats van zijn vader, afstammeling van een oud meubelmakersgeslacht, maakte hij kennis met de techniek van het verfijnde Russische houtsnijwerk. Later ontstond de behoefte grotere stukken hout te bewerken. Op de oevers van de bergrivieren uit het Koeznetskij Alataoe gebergte, waarin duizenden boomstammen drijven, zocht en vond hij gestrande exemplaren. De mannen van een plaatselijk volk, afkomstig uit Mongolië, leerden hem met een bijl totempalen met mythische beschermgeesten te hakken.Na de middelbare school en de Hogere Technische School volgde hij aan de volksuniversiteit in Moskou een cursus houtbewerking. Na twee jaar als leraar te hebben gewerkt startte hij in 1991 een interieurbouwbedrijf in de Siberische stad Myski. In 1993 vertrok hij naar Nederland en vestigde zich in de havenplaats IJmuiden.
Ook in IJmuiden, zoveel minder bosrijk dan zijn geboortestreek, daar bleef hij op zoek naar hout. Hij verzamelde restanten van planken, op het strand vond hij wrakhout en in het duin door stormen afgebroken boomtakken. De geringe afmetingen van het gevonden materiaal beperkte zijn mogelijkheden, maar vergrootte zijn drang de innerlijke schoonheid van het hout te ontdekken.
HART VAN HOUT
Na veel experimenteren ontwikkelde hij een speciale en unieke techniek waarbij hij de verborgen kern van het hout, vol nerven, kwasten, vezels en groeilagen weet bloot te leggen en daarmee het hart van het hout toont.
Vladimir Bakun’s houtobjecten zijn het resultaat van een lange zoektocht naar de diepliggende geheimen van hout, begonnen in Siberië, gevonden in IJmuiden.
Tekst: Conny Braam